In dit blog vertelt Puk over haar relatie met Koen en hoe ze samen omgaan met zowel de uitdagingen als de mooie momenten.
Vaak hoor ik van anderen dat het vast moeilijk moet zijn om samen te zijn met iemand die (bijna) blind is. Natuurlijk, we hadden het liever anders gewild en ik realiseer me ook dat onze situatie niet standaard is, maar geen enkele situatie is perfect, het gras is niet groener aan de overkant.
Twaalf jaar geleden heb ik Koen voor het eerst leren kennen. In de jaren die volgden spraken we elkaar heel af en toe, eigenlijk alleen met carnaval. Ongeveer anderhalf jaar geleden hebben we elkaar voor de tweede keer leren kennen. Omdat we elkaar toen al kenden, had hij dus niets voor mij te verbergen, al heb ik de eerste weken wel heel veel vragen gesteld over zijn ogen. Ik wilde graag zo goed mogelijk proberen te begrijpen hoe het voor hem is. En nog steeds praten we daar regelmatig over. Eigenlijk praten we over alles. Iets waar we door onze situatie misschien wel wat meer toe gedwongen worden, maar ook iets dat me heel veel waard is. Daardoor hebben we in korte tijd heel veel samen opgebouwd.
Dat wil niet zeggen dat we elke dag zingend en huppelend door het leven gaan. Er zijn ook lastige momenten. Dat zit hem dan niet in de praktische zaken zoals gearmd over straat lopen en hem aanwijzingen geven, ondertiteling voorlezen als we samen televisiekijken of in huis de stoelen altijd aanschuiven, geen kastdeurtjes open laten staan of alles op dezelfde plek terugleggen. Die dingen wennen heel snel en gaan al snel vanzelf. Waar ik soms (nog) wel mee worstel is de energiebalans en de vanzelfsprekendheid van ogenschijnlijk kleine dingen.
Koen moet enorm letten op zijn energiepeil. Hij moet constant keuzes maken. Ik probeer hem dan ook zoveel mogelijk te helpen. Een mailtje sturen kan Koen een half uur kosten, voor mij is het drie minuten werk. Hetzelfde geldt voor boodschappen doen: voor Koen is dit een hele onderneming die hem veel energie kost, ik ren “even snel” de winkel in. Maar ik kan natuurlijk onmogelijk alles van hem overnemen. En al zou het kunnen, dan moet je je afvragen of je het moet willen. De vanzelfsprekendheid van (voor mij) kleine dingen, zoals een mailtje sturen of boodschappen doen, valt weg. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor op vakantie gaan. In een nieuwe omgeving bewegen kost voor Koen extra veel energie én hij is volledig afhankelijk van mij. We plannen voldoende rustmomenten tijdens de vakantie en we houden er rekening mee dat hij na de vakantie een week nodig heeft om een beetje bij te komen. Dat betekent dus niet dat we niet op vakantie gaan, maar we richten het wel anders in dan we waarschijnlijk zouden doen als de situatie anders was. En geloof het of niet, maar zelfs bij de meest toeristische trekpleister zijn wij vaak de grootste bezienswaardigheid. Het zou af en toe best fijn zijn om wat anoniemer over straat te gaan.
Dit is absoluut niet bedoeld als klaagzang of om medelijden te krijgen, het doel is alleen maar om een realistisch(er) beeld te geven van onze situatie, of van een deel daarvan in ieder geval. Ik ben ontzettend blij dat ik Koen een tweede keer heb leren kennen en ik zou voor geen goud willen ruilen met wie dan ook. We genieten samen enorm van de dingen die wél kunnen. En er zijn zeker ook voordelen van onze situatie: in Koen’s hoofd blijf ik altijd jong, dus ik heb geen botox nodig, ik kan stiekem een slokje nemen van zijn blikje cola als de mijne op is en ik krijg geen commentaar als ik wéér iets nieuws aanheb, al verraadt zijn dochter Jet mij dan meestal wel…